In opdracht van Politie & Wetenschap voerde ik in 2016 een internationaal literatuuronderzoek uit naar bodycams. De bodycam is razend populair bij politiekorpsen in binnen- en buitenland, maar goed onderzoek naar bodycams is zeldzaam. Ik was benieuwd naar de meerwaarde van bodycams voor politiewerk en heb alle onderzoeksresultaten netjes op een rij gezet.

[Update 25 januari 2017: Het boek is gepubliceerd, lees er hier meer over.] 

Vijf empirische studies

Onderzoeker Michael White concludeerde in 2014 op basis van een literatuurstudie naar alle beschikbare informatie over bodycams bij de politie:

“The overwhelming theme of this review is the lack of available research on the technology.”

– Michael D. White (2014), Police Officer Body-Worn Cameras; Assessing the Evidence, Washington DC: Office of Community Oriented Police Services.

Hij vond wereldwijd vijf empirische studies naar bodycams. Omdat hij zich beperkte tot Engelstalige studies was hij niet op de hoogte van het werk van Bureau Beke dat in 2010 en 2011 onderzoek deed naar draagbare camera’s bij de politie. Maar ook dat onderzoek laat geen conclusies toe over de effecten van bodycams.

Nieuwtjes
Er verschijnen veel artikelen en nieuwsberichten over bodycams. En veel van die nieuwtjes zijn positief. Dat kan natuurlijk terecht zijn, maar het is niet te controleren. En vaak is ook niet duidelijk hoe de bodycams precies werken en onder welke randvoorwaarden en omstandigheden. Werken ze bijvoorbeeld preventief doordat mensen zich beter gaan gedragen als ze worden gefilmd? Werkt dat ook in het uitgaansleven waar mensen onder invloed zijn? Of dragen bodycams vooral bij aan opsporing? Dan moeten de beelden bruikbaar zijn als bewijsmateriaal. Is de kwaliteit van de beelden daar goed genoeg voor? En zijn er altijd beelden van de belangrijke momenten of staat de camera ook wel eens uit? Wie bepaalt er eigenlijk wanneer de camera aan gaat? Worden beelden van bodycams gebruikt voor de opleiding van agenten?

Kennislacune
Veel vragen, weinig antwoorden. We kunnen dan ook spreken van een kennislacune. Dat zorgt ervoor dat pilots nu worden gestart terwijl de betrokkenen eigenlijk geen goed idee hebben over de doelen die ze willen bereiken. Zelfs over de mogelijke meerwaarde wordt maar weinig nagedacht. De meeste pilots zijn bedoeld om te oefenen met de techniek (beeldkwaliteit, batterij) en de draagbaarheid. Dat zijn ook belangrijke zaken om uit te zoeken. Maar wat leren we van dat soort pilots als er geen onderzoek wordt gedaan naar de effecten van de bodycams?

Vertaalslag literatuur
Met dit onderzoek wil ik de theoretische kennisachterstand zoveel mogelijk wegwerken. Ik maak een vertaalslag van buitenlandse kennis naar de Nederlandse situatie door te zoeken naar gedegen kennis. Waar nodig werk ik nieuwe inzichten zelf uit door logisch na te denken en theoretisch interessante concepten uit te werken tot toetsbare hypothesen.

Ik verzamel (nog) geen nieuwe kwantitatieve gegevens: het onderzoek bestaat in deze verkennende fase uit deskresearch en interviews met ervaringsdeskundigen. In een mogelijk vervolgonderzoek kan natuurlijk wel empirische data worden verzameld. Voor de onderzoeksopzet die daarvoor nodig is zal ik een onderbouwd voorstel doen in het rapport. Het onderzoek loopt in de eerste helft van 2016 en zal aan het eind van het jaar worden gepubliceerd door Politie & Wetenschap.